De gemeente Den Haag gaat samen met de politie een jaar lang een proef doen met drone-detectie in het luchtruim boven Den Haag. Doel is om een beter beeld te krijgen hoe vaak er gevlogen wordt en waar. De proef met radio-sensoren vindt op drie locaties plaats in de stad. Het detectiesysteem ontvangt de radiosignalen waarmee een drone wordt aangestuurd. Op die manier wordt duidelijk waar een drone vliegt. De identiteit van de bestuurder is hierbij niet zichtbaar. De proef duurt tot en met september volgend jaar. Het is een eerste stap. Op basis van de resultaten wordt onderzocht of vliegen met een drone in de toekomst misschien op bepaalde plekken beter mogelijk kan worden gemaakt. Volgens Chiu Man van de politie is niet iedere drone-gebruiker bekend met de regels. Boven het overgrote deel van Den Haag geldt namelijk een no-flyzone. Dit betekent dat daar niet met een drone gevlogen mag worden. Denk aan natuurgebieden, de nabijheid van ministeries, ambassades en de aanvliegroute van Rotterdam The Hague Airport, aldus Man.
