Wassenaar, Voorschoten, Oegstgeest en Leidschendam-Voorburg moeten hun handen uit de mouwen steken om in 2030 voldoende woningen te realiseren. Dat is de conclusie van een onderzoek uitgevoerd door de Rekenkamer van de gemeenten. Ze benutten onvoldoende mogelijkheden om woningbouw te realiseren. Zo zouden ze actiever grondbeleid kunnen voeren, maatschappelijk vastgoed kunnen her-ontwikkelen en meer gebruik kunnen maken van landelijke subsidies. De gemeenten moeten een duidelijke visie opstellen waarin zoeklocaties voor nieuwe woningen worden aangewezen. Er moet ook een realistische planning komen die aansluit bij de landelijke doelstellingen en ze moeten meer sturing hebben op de grondprijzen en de beschikbaarheid. De gemeenten kampen met beperkte ruimte, een tekort aan ambtenaren en een sterke focus op het behoud van het eigen karakter. De sturing vanuit de gemeenteraden is vooral gericht op de belangen van de huidige inwoners en minder op het realiseren van nieuwe woningen. De colleges van B&W van de vier gemeenten erkennen de tekortkomingen en zijn bereid om de aanbevelingen van de Rekenkamer op te pakken. Het is nog onbekend of de gemeenteraden daar ook in mee gaan.
