Bewoners van de Damasstraat in Den Haag worden tot waanzin gedreven door overlast, open vuur en vernieling in hun straat. Meldingen bij politie, brandweer en gemeente leiden nergens toe. De Haagse Stadspartij en de Partij voor de Dieren stellen vragen over de vogelvrije status die de straat in het Laakkwartier lijkt te hebben.
De Damasstraat, die in juni nog meedeed aan de wedstrijd ‘mooiste Oranjestraat van Den Haag’, ligt er treurig bij. Het plantsoen waar deze zomer nog honderden oranje bloemen stonden, ligt vol met verbrand afval. Restanten van fietsen, boompalen en glas liggen opgestapeld tegen een boom. Duidelijk de restanten van een fiks ‘vreugdevuur’. Bewoners attenderen via Twitter en e-mail de fracties van de Haagse Stadspartij en de Partij voor de Dieren.
Bewoners laten weten dat zowel de gemeente als de hulpdiensten niet veel doen met hun meldingen. De gemeente verwijst naar de politie en andersom. ‘Hoe hoog is het vuur?’, vraagt de politie. ‘De Boswachterij werkt ‘s nachts niet’, meldt de gemeente. Hoewel het verboden is om in de openlucht vuur te stoken, ziet de politie de vuren structureel door de vingers. ‘Dat fietsen, afval, en de boom op het plein het moeten ontgelden is blijkbaar geen probleem’, zegt Leonie Gerritsen van de Partij voor de Dieren. ‘Die boom gaat het natuurlijk niet overleven zo dicht naast het vuur.’
Tim de Boer van de Haagse Stadspartij spreekt van een vogelvrije Damasstraat. “Dit is niet de eerste officieuze gedoogsituatie voor vreugdevuren die we kennen in Den Haag. Moet het hier eerst ook grondig mis gaan?” De twee partijen dienen een lange lijst met vragen in over de vergunningen, regelgeving en meldingen in de straat. Zij willen dat er duidelijkheid ontstaat over de situatie, zodat alle bewoners weten waar zij aan toe zijn. Ook hopen zij dat er beter gehandhaafd gaat worden in de straat.