29 maart 2024

Delft – Onderzoek naar in beslag genomen Joods vastgoed afgerond

Wat gebeurde er in de Tweede Wereldoorlog met onroerend goed van Joodse Delftenaren? Hoe ging de gemeente Delft daarmee om na de oorlog? Uit historisch onderzoek dat de gemeente heeft laten uitvoeren, blijkt dat de gemeentelijke instanties deden wat er van hen werd verwacht volgens de geldende regelgeving. De menselijke maat ontbrak toen overlevenden terugkeerden in de stad en hoopten op steun en begrip, zoals in veel Nederlandse gemeenten.

De behoefte aan het onderzoek kwam op in 2020. Raadsleden vroegen zich af hoe de gemeente Delft na de Tweede Wereldoorlog is omgegaan met het Joods vastgoed. Het college heeft daarop een indicatief onderzoek laten uitvoeren door historici Ingrid van der Vlis en Kees van der Wiel. Hun onderzoek is nu afgerond.

De belangrijkste conclusie is dat de gemeente Delft na de Tweede Wereldoorlog niet klaarstond voor de Joodse overlevenden en hun nabestaanden. Formeel handelde de gemeente volgens de geldende landelijke regels, maar tegelijkertijd was er geen sprake van het toepassen van een menselijke maat en mededogen.


Tijdens de Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog verloren Joodse inwoners hun rechten. Dat gold ook voor ongeveer 300 Joodse inwoners van Delft. Uit dit nieuwe onderzoek blijkt dat er in totaal 32 verschillende Joodse eigenaren waren, die samen 73 kadastrale panden en 16 percelen grond in Delft bezaten. De helft van deze eigenaren heeft de oorlog overleefd, de andere helft is vermoord.

Wethouder Martina Huijsmans, verantwoordelijk voor het onderzoek: “Deze feiten uit het verleden vragen om reflectie vandaag. Dit onderzoek naar het onteigende Joods onroerend goed beschouwen wij als een waardevolle les voor de toekomst.”

WP Twitter Auto Publish Powered By : XYZScripts.com